Groene Planten

Groene Planten

Groene planten zijn heel rustgevend. Twee soorten die al heel lang hun waarde hebben bewezen zijn de graslelie (Chlorophytum) en het peperplantje (Peperomia). Van beide bestaan tientallen soorten en kweekvormen of cultivars. GroenRijk licht er twee soorten uit: de schitterend groen/wit gestreepte Chlorophytum comosum ‘Ocean’ en de donkergroene Peperomia obtusifolia ‘Green’. Beide zijn leuke, ijzersterke planten die niet meteen hun bladeren laten verslappen als je een keertje vergeet ze water te geven. 


Chlorophytum commosum ‘Ocean’, de bonte graslelie

Deze grasleliecultivar wordt ook wel ‘zebragras’ genoemd. Hij heeft lange, smalle, felgroene bladeren met witte buitenranden en is sinds 2002 op de markt. De groene oervorm van deze Chlorophytum werd ca. 1850 uit Zuid-Afrika in Europa ingevoerd (‘chlorophytum’ betekent ‘groene plant’). Die zie je bijna niet meer. Wel de wit gestreepte kweekvormen zoals de prachtige, sierlijke ‘Ocean’. Hét kenmerk van Chlorophytum’s is dat de planten zelf wel 60 cm hoog kunnen worden, maar dat ze lange, elegant overhangende bloeistengels kunnen vormen waaraan eerst kleine witte bloempjes verschijnen, gevolgd door  jonge plantjes (‘kindplantjes’). Een fantastisch gezicht, zeker als je ‘Ocean’ als hangplant toepast of in ieder geval zorgt dat die lange stengels met kindplantjes kunnen hangen. Want die gaan komen!      

 

Verzorging van graslelie ‘Ocean’

Zet (of hang) je ‘Ocean’ op een lichte plek, maar zeker niet in direct zonlicht. Fel zonlicht kan de bladeren verschroeien. Bij te weinig licht worden de witte bladstrepen minder helder. ‘Ocean’ doet het prima bij normale kamertemperaturen (18-25 °C), maar verdraagt lagere temperaturen ook (minimaal 2 °C). Het is een sterke plant. Geef tijdens de groei twee tot drie keer per week water (op kamertemperatuur), in de winter (als de plant in rust is) eenmaal per week. Overtollig water afgieten om rotten van de wortels te voorkomen. Geef één keer per veertien dagen plantenvoeding in het gietwater. Je ‘Ocean’ vindt het heerlijk om regelmatig besproeid te worden (met lauw water). Dat verwijdert ook meteen het stof van de bladeren. Omstreeks mei-juli worden de kleine, witte bloempjes gevormd. De wortelkluit neemt bij deze planten vrij snel in omvang toe. Hij groeit dan uit de pot. Plant hem dan over in een grotere pot (met gewone potgrond) en doe daar een laagje hydrokorrels onderin. Als de bladeren bruin worden is de lucht te droog of hij heeft te warm gestaan (bijvoorbeeld boven radiatoren) of in te fel licht.

 

Peperomia obtusifolia ‘Green’, het peperplantje

Er zijn liefst 1600 soorten Peperomia’s uit de natuur bekend. Een klein deel daarvan is ook in cultuur, wat weer tal van kweekvormen heeft opgeleverd, waaronder allerlei bontbladige. De echte soorten stammen allemaal uit Midden- en Zuid-Amerika, het Caribisch gebied en zelfs uit Florida in de USA en ze verschillen sterk van elkaar, maar één kenmerk hebben ze gemeen: de eigenaardige wormvormige, lange, dunne, witte of roomkleurige bloeiaren zonder schutbladen die laat in het voorjaar tot begin herfst verschijnen. Hoewel deze planten tot de bladplanten worden gerekend, bloeien ze dus wel degelijk. Peperomia obtusifolia-cultivars vormen vlezige, vrij dikke, glanzende, ovale tot omgekeerd eivormige bladeren aan vrij lange stengels. De planten worden niet hoger dan 30 cm. Als de planten bloeien steken de 5-7 cm lange bloeiaren boven de bladeren uit. Het zijn leuke, makkelijke en sterke planten die heel oud kunnen worden. Ze behoren allemaal tot de familie van de Piperaceae, waartoe ook de witte en de zwarte peper behoren, maar met Peperomia’s kun je je eten helaas niet kruiden.

 

Verzorging van peperplantje ‘Green’

De planten worden in een kweekpot (doorsnee 12 cm) verkocht. Pot hem over in een sierpot met onderschotel waarin overtollig gietwater kan weglopen. Giet dat water een halfuurtje na het water geven uit de schotel. Peperomia’s houden niet van langdurige nattigheid bij hun wortels. Ze laten dan hun blad vallen. Geef daarom pas water als de potgrond droog aanvoelt (even met een vinger voelen). De planten verdragen korte droogteperiodes heel goed. Zet de plant op een warme, lichte plek, maar niet in fel, direct zonlicht. Gewone kamertemperaturen zijn prima (18-25 °C). Zorg dat de nachttemperaturen ’s winters niet onder 13 °C zakken. Geef van april tot oktober eenmaal per maand vloeibare plantenvoeding in het gietwater.

Tags:

Kijk ook eens naar de volgende berichten:

Stralende feestdagen met de mini-kerstster!

De kleine versie van de kerstster (Euphorbia pulcherrima) is een geweldige sfeermaker en fonkelt op veel plekken. Met een paar plantjes is je huis gelijk in feeststemming!

 

Niet de bloemen maar de blaadjes

Als de dagen echt kort worden, start het hoogtepunt van het kerststerrenseizoen. De bovenste bladeren van deze groene plant kleuren langz...

Lees meer...
Mini kerstboom: Picea glauca ‘Conica’

Heb je een tiny house? Of vind je het leuk om dit jaar niet één maar meer bomen neer te zetten? Voor een Conica vind je altijd een plekje. Picea glauca ‘Conica’, ofwel tafelkerstboom is een dwergvorm van de witte spar ofwel Canadese spar. GroenRijk heeft ze al vanaf 17 cm. De kegelvormige boompjes zijn mooi compact. Buiten wordt deze boom ongeveer 2 meter hoog. Hoe je je boom succesvol naar buiten verhuist lees je hieronder.


Tafelkers...

Lees meer...
Nordmann-spar: kampioen onder de kerstbomen

Steeds meer mensen halen een levende kerstboom in huis. Als je zo lang mogelijk wilt genieten van groene takken, is de Nordmann-spar een echte aanrader. Bij GroenRijk vind je deze absolute topper nu volop!

Groene kerst

Wil je al vroeg in december een natuurlijke kerstboom optuigen? Dan is de Nordmann-spar (Abies nordmanniana) een goede keuze. Hij blijft lang groen, dus van een kale boom en een vloer vol naalden, nog voor de kerstdage...

Lees meer...