Met Aubrieta, Saxifraga en Iberis geef je je tuin snel een wow-factor. Deze vaste planten groeien vooral in de breedte en daardoor ontstaan er snel volle aaneengesloten bloemplakkaten. Ze vullen gemakkelijk elk verloren richeltje en nemen de ruimte die ze krijgen. Dus: een paar tegels eruit en deze rijke bloeiers erin! Bovenop de aantrekkelijke prijs hebben de planten nog een voordeel, ze zijn winterhard én wintergroen. Planten die erg groot zijn geworden kan je gemakkelijk delen. Zo ‘schilder’ je voordelig je hele tuin vol.
Aubrieta, bodembedekker eerste klas
Blauwkussen, de Nederlandse naam voor Aubrieta is minstens zo mooi als de Latijnse! En als je Aubrieta ziet bloeien tussen de rotsen krijg je inderdaad zin om je erin te nestelen. Begin april zie je de eerste bloemen verschijnen aan de circa 15 centimeter hoge planten. De rijke bloei blijft doorgaan tot diep in juni. Aubrieta is bijzonder sterk. Zelfs een strenge winter (tot –25 graden C.) laat de planten ongemoeid. Grappig detail, Blauwkussen bestaat ook in wit, paars en donkerrood.
Deze naam werd aan dit geslacht gegeven door de Franse plantkundige Michel Adanson, die in 1727 in de Provençe werd geboren, maar in 1806 in Parijs overleed, nadat hij jarenlang in de (toen Franse) Afrikaanse kolonie Senegal had geleefd en gewerkt.
Hij had een grote bewondering voor de Franse bloemen- en vlinderschilder Claude Aubriet die ongeveer een eeuw eerder leefde (1651-1742). Aubriet was als Koninklijke botanische schilder verbonden aan de tuin van de Franse koning te Parijs en was (en is) beroemd om zijn weergaloze, exact weergegeven, bijna fotografische illustraties van bloemen, planten en (kleine) dieren.
Het is zo dat Aubrieta’s graag in iets kalkhoudende, goed doorlatende grond en op een zonnige tot licht beschaduwde plek groeien. Maar in de praktijk blijken deze planten ook pH-neutrale tot zelfs lichtzure grond nog te verdragen. Aubrieta ‘Kitte’ woekert niet, maar als deze zich te sterk uitbreidt, kun je hem gerust iets snoeien. ‘Kitte’ verzacht de scherpe, harde lijnen van terrasranden, muurtjes en paden.
Bij langdurige droogte water geven. Geef liever geen voedingsstof met een hoog stikstofgehalte. De planten worden daardoor vorstgevoeliger. Houd het liever bij organische meststoffen zoals compost of gedroogde koemestkorrels. Wil je de planten vermeerderen, dan kan dat heel eenvoudig door ze te delen. De liggende stengels bewortelen ook weer.
Je kunt Aubrieta mooi compact houden door de plant na de bloei flink terug te snoeien. Het kan dan zijn dat de plant in het najaar nog eens gaat bloeien.
Saxifraga, alle kleuren en maten
Steenbreek, is een Nederlandse naam voor bodembedekker Saxifraga. Wonderlijk, want hij breekt hij geen steen. Integendeel, lege plekken in rots- en muurtuintjes vult hij juist op met een uitbundig bloemtapijt. Vandaar misschien de bijnaam voor een van zijn varianten ‘Schildersverdriet’. Je zal die bloemenzee moeten schilderen! Er zijn dik vierhonder soorten binnen het geslacht Saxifraga, variërend qua kleur (wit, roze, geel, lila), bladvorm en lengte van bloemstengel. Wel willen ze allemaal een lichte plek en een doorlatende bodem. ‘Hoe-langer-hoe-liever’ is trouwens nóg een naam voor een Saxifraga-soort. Als je hem eenmaal in je tuin hebt kun je je daar vast in vinden!
Iberis, graag op de voorgrond
Je maakt je rotstuin compleet met Scheefklek, ofwel Iberis. De bloei is breed spreidend en gaat (afhankelijk van de soort) vrijwel gelijk op met Steenbreek en Blauwkussen. Iberis komt oorspronkelijk uit de bergen en vindt dan ook makkelijk zijn weg tussen stenen. Ook tussen de voegen van (stoep)tegels. Het zal je dan ook niet verbazen dat Scheefkelk of Scheefbloem met elke grondsoort genoegen neemt. Je kunt deze witte bloempjes uitstekend combineren met andere (kleurrijke) bodembedekkers. Hou er wel rekening mee dat Iberis voor een bodembedekker vrij hoog is (25 centimeter). Inderdaad, hij is niet bescheiden!